Spiegelen

In deze gastcolumn laten we graag anderen aan het woord. Dit keer: Hugo Schneider, lid van de selectiecommissie van het Zuid-Hollands Mediafonds.

‘Lokaal sufferdje’ meest vertrouwde nieuwsbron

In absolute zin is het natuurlijk best een heel bedrag. Want laten we wel wezen: wie krijgt er nou jaarlijks 332.000 euro op zijn bankrekening bijgeschreven? Maar afgezet tegen het begroting van de provincie én haar ambitie de lokale journalistiek te stimuleren, dan valt het vies tegen. Zeker als je bedenkt dat de bewuste subsidieregeling, die in 2019 tot stand komt, de spreekwoordelijke sigaar uit eigen doos is.

De dikke 3 ton wordt namelijk een jaar eerder weggehaald bij de ‘moeder van de lokale journalistiek', de huis-aan-huisbladen die niet langer de provinciale mededelingen mogen afdrukken. Met die besparing, een aderlating voor de lokale weekbladen, wordt de regeling Kwaliteitsimpuls Zuid-Hollandse Journalistiek opgetuigd.

Intussen is het Mediafonds Zuid-Holland, zoals het in de volksmond heet, dat over journalistieke subsidieaanvragen adviseert, 2 jaar en 4 subsidierondes verder. En wat zijn de ervaringen tot nog toe? Nou, dan moet ik eerlijk zijn. Eigenlijk heb ik als oud-hoofdredacteur van onder meer Leidsch Dagblad altijd wat twijfels gehad over het verschijnsel mediafonds.

Ik zie het als een antwoord op een situatie, die bij de start van de regeling al deels achterhaald was. Regionale en landelijke dagbladen liggen allang niet meer aan het zuurstof en maken - na een diepe dip - gelukkig weer gezonde winsten. Dat verklaart waarschijnlijk dat het grootste mediamerk van Zuid-Holland, AD Regionaal, niet één subsidieaanvraag heeft ingediend. De redactie kan kennelijk zonder.

Wie wel tot de clientèle van het Mediafonds Zuid-Holland behoort, zijn de regionale omroepen Omroep West en RTV Rijnmond. Het zijn overigens niet alleen mediaorganisaties die projectvoorstellen indienen. Freelance journalisten weten evenzeer de weg naar het mediafonds te vinden. 'Voor sommige freelancers is het fonds een verdienmodel', laat een cynicus zich een keer ontglippen.

Lokale omroepen kloppen ook regelmatig aan de deur. Opvallend is dat zij vaak voorstellen doen voor reguliere werkzaamheden, zoals het maken van een nieuws- of praatprogramma. Het verbaast niet dat lokale omroepen, die noodgedwongen op vrijwilligers drijven, verkapte loonsubsidies aanvragen. Maar daar is de regeling niet voor. De Kwaliteitsimpuls is bedoeld voor bijzondere journalistieke producties, die zonder steun van de provincie niet van de grond komen.

Van de 92 ingediende voorstellen zijn er sinds de start 38 gehonoreerd. En het moet gezegd: daar zitten echt juweeltjes bij! Bijvoorbeeld de documentairereeks 'Het Groene Hart, het begeerde land' van Erik Kooyman, dat een groot publiek bereikt. De vier films zijn zowel op de lokale en regionale als landelijke tv uitgezonden. Goed besteed geld. Geen twijfel mogelijk.

Toch blijft de vraag of 3,3 ton per jaar werkelijk helpt om het journalistieke landschap te versterken. Daar is meer voor nodig. Maar als dat er niet in zit, dan zou de kwaliteitsimpuls meer gericht kunnen worden op de media, die het meest nooddruftig zijn: lokale omroepen en huis-aan-huisbladen. De provincie zou bijvoorbeeld kunnen overwegen haar berichten weer in het ‘lokale sufferdje’ te plaatsen, want dat is volgens recent onderzoek van het Commissariaat voor de Media nog steeds de belangrijkste en meest vertrouwde lokale informatiebron voor Zuid-Hollanders (en de rest van het land).

"De Kwaliteitsimpuls is bedoeld voor bijzondere journalistieke producties, die zonder steun van de provincie niet van de grond komen."

Elke dag beter. Zuid-Holland.

Contact

Deel deze pagina

Colofon